zoolleer, vooral leer dat men onder klompen slaat
Zoolleer was dik en stief leer (Roderwolde)
Het is zo dreuge as zaolleer (Havelte)
Je va zal der wal een stukkie zoollèer underspiekern (Beilen)
Ik heb nei zoolleer onder mien klompen zet (Emmer Erfscheidenveen)
Het zoolleer gung lös (Zeyen)