Ook: zonder (Zuidwest-Drenthe), zönder (Midden-Drenthe), (Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte))
zonder
Ze gaf mij een koppie zunder oor (Eelde)
Hie lop aaid zunder jas (Gasselte)
Hie döt alles zunder te vraogen (Eext)
Hie zit er niet zunder
Aj twei gerstpannekoeken achter de knopen hebt, dan bi'j der niet zonder (Zuidwolde)
(...) dan zult dat wal kielen worden met zunder achterpaand er in
Hie har een stuk vleis zunder het ien en zunder het aander
Sigaretten, hij kan niet zunder (Barger Oosterveld)
Zunder dat e het wus, hadden ze hum de krooie weghaald (Barger Compascuum)