zwevel de, Zuidoost-Drenthe, Zuidoost-Drenthe, Zuidwest-Drenthe Zuid, Zuidwest-Drenthe Zuid, Zuidwest-Drenthe Zuid, Zuidwest-Drenthe Zuid

Ook: zwaovel (Zuidwest-Drenthe Zuid), zwavel (Zuidoost-Drenthe), (Zuidwest-Drenthe Zuid), zwèvel (Zuidwest-Drenthe Zuid)

  1. zwavel

    Met zwaovel wuir de boudel zuverd (Emmer Erfscheidenveen)

    Ze gungen de bijen slachten met zwevel

    As de motte biggen haar, kreeg ie bloem van zwevel deur het voor (Diever)

    Slao-eulie met bloem van zwevel was een middel tegen ringvuur (Hijken)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...