U zocht voorbeeldzinnen met daarin "geweten"
Resultaten 1 - 20 van 22
- beantwoorden: Ik heb alles naor èer en geweten zuver beantwoord (Hijken)
- cent: Hij hef gien cent meer op zien geweten (Hoogeveen)
- gesjochten: Hij is zoe gesjochten, hij hef gien cent meer op zien geweten (Broekhuizen)
- geweten: Die kerel duurt alles an, die hef een roem geweten (Gasselte)
- geweten: Die man hef gien geweten (Hooghalen)
- geweten: Dat wil ik niet graag op mien geweten hebben (Zwiggelte)
- geweten: Disse olde kerel hef hiel wat op zien geweten (Ruinerwold)
- geweten: Hie hef een schoon geweten (Oosterhesselen)
- geweten: gien rustig geweten (Nijeveen)
- geweten: Dat kan hij nich aover zien geweten kriegen (Nieuw Schoonebeek)
- geweten: Zien geweten zal wel gaon spreken (Meppel)
- geweten: Hie probeert zien geweten in slaop te sussen (Emmen)
- geweten: Wat heb ie op oen geweten?
- knagen: Zien geweten begunt hum te knagen (Barger Oosterveld)
- liek III: Aj elk liek en recht doet, is je geweten rustig
- naod: Het geweten begunde hum op de naod te braanden
- onbezwaord: Ik heb, wat dat betreft, een onbezwaord geweten (Hollandscheveld)
- rein: Volgens mij hef die vrouw gien rein geweten (Hooghalen)
- rekbaar: Zien geweten is nogal rekbaor (Gasselte)
- roem III: Hij hef een roem geweten (Rolde)