U zocht voorbeeldzinnen met daarin "legen"
Resultaten 1 - 20 van 31
- andrieven: As een neie zolder een paor jaor legen hef, moej hum andrieven (Anderen)
- bongeln: Hie mug weer mit de benen bongeln, toen ie zo lange legen had (Hoogeveen)
- deurliggen: Mien opoe haar hail laank legen en zai was op 't leste hailemaol deurlegen (Valthermond)
- front: Hie hef veur het front legen (Barger Compascuum)
- front: ...aan het front legen (Borger)
- gat: Zie had met het gat in de oostenwind legen
- Geze: Geze, Gazze goezegat/Hef vannacht een vrijer had/ Hef der met op ber legen/Hef hum het heeile hemd b (Eext)
- giest: Hie hef lang legen mor non hef e de giest geven (Oosterhesselen)
- Griet I: Grietie, Grietie Grobbelgat/Hef vannacht een vrijer had/Hef der met op bedde legen/Hef de hiele bed (Drouwen)
- groet II: In dat wasgoed zit dik de groet, het hef te lang legen (Nieuw Dordrecht)
- harsenschudding: Hie het vief week met een harsenschudden in het zaikenhoes legen (Eexterveen)
- hemd: Geze, Gazze Goezegat/Hef vannaacht een vrijer had/Hef der met op ber legen/Hef hum het heeile hemd b (Eext)
- hondennust: 't Is net of ze in 't hondennust legen hebt (Sleen)
- kamfer: Dat tuug hef te lang in de kaste legen, het stinkt naor kamfer (Barger Compascuum)
- kosten I: Hie hef aordig kosten had, dat zien vrouw in het ziekenhoes legen hef (Oosterhesselen)
- leeg I: Hij kan beter op hoge schounen lopen as op legen (Barger Oosterveld)
- lege: Bij oes is het laand aordig bultig, het bint allemaol heugen en legen (Anderen)
- legen I: Hij wol de beerput legen (Roderwolde)
- legen I: Non moej de glassies even legen, dan zuw der nog iene weer in doen (Stieltjeskanaal)
- legsel: Dat legsel hef te lang legen, dat is niet goed mèer (Zweelo)