U zocht voorbeeldzinnen met daarin "stuk"
Resultaten 201 - 220 van 352
- padderusk: In dat stuk laand bint veule plekken mit padderussen (Uffelte)
- pakdraod: Ik har een stuk pakdraod in het achterrad (Anloo)
- pèerd: Het peerdtien van de klokke is uut esleten. As wij het gewicht optrekt, slat de klokke an ien stuk d (Ruinerwold)
- peerdeklap: De peerde hebt een hiel stuk oet de peerdeklap betten (Padhuis)
- pèerdeoog: Dat stuk holt zit vol met peerdogen
- pels: Dat stuk zit wal een dikke pels gras op (Schoonebeek)
- pelslaog: Op dit stuk laand zit een dikke pelslaog mos (Eext)
- pengel I: Het dunne ende van een stuk holt is een prengeltien (Koekange)
- perenboom: Wij hebt wal een stuk of tien perenbommen (Sleen)
- petatten: Eite, has de petatters gaar, Heinrich komp van het stuk
- piep: Die hef ook een goed stuk in de piepe
- poeier: Dat wicht hef een dik stuk poeier op het gezicht
- pofslag: De leste slag bai het dörsen met een stuk of wat vlegels was de pofslag (Roderwolde)
- pries: Dat stuk laand het een beste pries opbrocht (Zuidlaren)
- punts: Dat stuk grond, dat löp punts toe (Klazienaveen)
- rabbeln: Hol je non mor ies stil te rabbeln, ij rabbelt jo an ien stuk deur (Sleen)
- ranger: De kiewiet is een ranger die langs een stuk gaos makkelk umhoog geeit (Eext)
- raoming: Hie hef de raoming verkeerd had. Het stuk laand is veul groter as e dacht (Sleen)
- rebbeln: Zie rebbelt aan ein stuk deur. Wat dei joe neit in ein uur vertellen ken! (Emmer Erfscheidenveen)
- reebout: En er waren ook wel lu, die in de winter een stuk of wat beste reebolten onder het zolt hadden