U zocht voorbeeldzinnen met daarin "zetten"
Resultaten 221 - 240 van 327
- schol III: Je moet hum scholler zetten, de snoek zit vandage boven in het water (Hijken)
- scholderkap: Ik moe nog een paar scholderkappies in de jurk zetten (Sleen)
- schoor: Ie kunt wel een schore tegen die schiefgezakte mure zetten (Ruinerwold)
- schoor: zuk schoor zetten
- schoor: Ik mus mij flink schoor zetten bij het ummetrekken van die boom (Fluitenberg)
- schraag: Het taofelblad bogt deur, wie zetten der een schraoge bie onder (Emmer Erfscheidenveen)
- schreef: Mit het potlood een schreve op het holt zetten (Dwingelo)
- schriefbred: Het schriefbröd, dat is een soort katheder um op de taofel te zetten (Zuidwolde)
- schriefkiste: Het schriefbröd of schriefkissie was een soort katheder um op de taofel te zetten. Ie mussen vrogge (Zuidwolde)
- schrift: Zoiets moej op schrift zetten, anders giet het verleuren (Klazienaveen)
- schrip: As een kou zwaor kaalft, moej je even te schrip zetten
- sjas: Hij mus de sjas der in zetten um op tied klaor te weden (Sleen)
- slag II: zetten was de turf op de kop op het veld zetten (Barger Compascuum)
- slag II: In slag zetten is hetzölde as anslaon (Klazienaveen)
- slappentaoi: Aj het over een slappentaoi hebt, dan moej hum zeein; hie kan nog gien körf eerpels opzied zetten (Eext)
- slappentaoi: Een slappentaoi kan niet veul meer oet stro zetten (Roderwolde)
- sleuf: In een driefasse zit een sleuf veur de spie um het vleigwiel vast te zetten (Barger Compascuum)
- smietöpper: Eerder zetten ze het heui, as het nog niet goed dreuge was, in smietöppers (Broekhuizen)
- smoeze I: Bestoppen was: zetten van bollen tegen de wand van het zwarte veen umhoog. As dat zwarte veen bevreu (Klazienaveen)
- snap II: Moej die snap even zetten, wij hebt last van moezen (Klazienaveen)