U zocht voorbeeldzinnen met daarin "aander"
Resultaten 241 - 260 van 366
- regen II: As het op de iene regent, drupt het op een aander
- remoerig: Wat bint die kinder remoerig, ...rumoerig, wij kriegt aander weer (Sleen)
- reuren: mor niet in een aander ziend begunt te reuren bemoeien
- reurte: Kun wel aander weer komen, der is wat reurte in de bos (Ruinerwold)
- riemen I: Het ein mus met het aander riemen (Eelde)
- riemen II: Het begunt te riemen, der zit aander weer in de locht (Geesbrug)
- roddeln: Je moet niet altied over aander mèensken roddeln (Gieten)
- roenenter: Een roenenter is lastig in de weide tussen aander vie (Borger)
- rok I: Sara, je rok zakt af/Ach moe, dat is mien sleep/Ik heb nog wel ain aander rok/Mor dai draog ik in de (Valthermond)
- rok II: Een aander woord veur rok weer is roezeboezig (Coevorden)
- rollegiesiezer: De iene zeg rollegiesiezer en een aander kniepertiesiezer of jaorskoekeniezer (Odoorn)
- ruchtber: Zie moet dat niet ruchtbaor maken, want aander mensken lacht er wat um (Emmen)
- schacht: Um het aander moej de schachten umhoog trappen (Sleen)
- scheertörf: Met törfloegen weur der um de aander laog een scheertörf veurlangs legd (Exlo)
- schoefiesloerder: Eine die altied op een aander zienen lop, is een schoefiesloerder (Roswinkel)
- schoeven: Je mot neit alles op een aander schoeven (Peize)
- schriel: Wat is dat toch een grof mèensk, een heeil aander as heur zuster. Dat is mor zu'n schriel geval (Eext)
- schuld: Hij probeert een aander de schuld in de schoenen te schoeven (Drouwen)
- slaop I: De iene is meer slaop neudig as de aander (Noordscheschut)
- sleeppèerd: Met een sleperspeerd deden ze almaol karweigies veur aander boeren (Borger)