U zocht voorbeeldzinnen met daarin "lopen"
Resultaten 301 - 320 van 407
- schoftien: Hij het al een schoffie met dat wicht lopen (Een)
- schol I: Achter de bok an aover de schollen lopen en dan mit natte voeten in huus komen (Hollandscheveld)
- schol I: Wie bint an het scholties lopen west op het ies (Roswinkel)
- schommeln: Zij is te dikke um gewoon te lopen, zij schommelt er aover
- schorrie: Moej dat schorrie daor zien lopen, de vodden hangt heur um het gat (Westdorp)
- schut II: veur schut staon, ...lopen
- seupel: Ik was glad seupel in de beeinen van dat heeile èend lopen (Eext)
- sjokkerig: Sommigen kunt zo sjokkerig lopen (Ekehaar)
- slaopen: *Aj gooud slaopen hebt, kunj met het pak lopen
- slieren: As ze dan vrogger an het schaatsen lopen waren, dan slierden ze zo mooi aover het ies (Hollandscheveld)
- slieren: Bij kettingrijgen (...) de veurste gung dan lopen, zodaj der allemaol achteran mussen. De lèeste in (Beilen)
- slobberig: De kiender begunt er slobberig bij te lopen (Ruinerwold)
- sloerig: Ze lopen er mor sloerig bai (Peize)
- slof I: *Sloffien lopen: met hiel grote sloffen achteroet lopen en dan miestal nog met een schötteltien in (Oosterhesselen)
- slof I: ..., dan muzzen de wichter op sloffen lopen en goud an de lien hangen (Eexterveen)
- smietwegens: Die man kan zo hard lopen, daor kuj op gien smeetwegens tegen op (Oosterhesselen)
- smodkop: Zie hebt er ok een paar smorkoppen maank lopen (Beilen)
- snei: As je deur moet lopen, kun je het beste maor leerzen draogen
- sneiblind: Hie har te lang in het veld lopen. Hie is sneiblind worden (Zwinderen)
- snieder: Hij kan lopen as een snieder (Gasselte)