U zocht voorbeeldzinnen met daarin "west"
Resultaten 321 - 340 van 391
- umstel: Het het een hail omstel west (Zuidlaren)
- underbreking: Zunder die onderbreking waren wie allang kloor west (Barger Oosterveld)
- van II: was het beter west dat e vrijgezel bleven was
- vastkopt: Ik heb nooit biester vastkopt west
- vazel: Het biest hef bols west, want hie hef bloed an het vaarzel zitten (Buinen)
- vechtpartij: Der het een vechtpartij west bai de disco (Roderwolde)
- veenderig: Hier hef eerder een veentie west, de grond is nog veenderig (Beilen)
- veiling: De inzet van de veiling is al west (Hooghalen)
- verbattern: De koenen bent er oet west, zie hebt alles verbatterd (Zwinderen)
- verdiestreweren: De inbrekers hebt aordig an het verdiestreweren west (Zweelo)
- vergangen: Vergangen wèke is e nog bie mie west (Nieuw Schoonebeek)
- verleden II: Vlinnen week bin ik nog bij hum west (Eext)
- verreisd: Ik bin hen Zuudlaorder mark west; ik bin glad ofreisd
- versloffen: Dat mus allang west hebben, mor ik heb het helemaol versloft
- veulerwegens: Hij was veulerwegens west (Hollandscheveld)
- veulerwegens: De zeeman har veulerweggens west (Wapserveen)
- veurkört: Wij bint er veurkört nog west (Nieuw Amsterdam)
- veurkört: Ik bin er veurkört nog west (Drouwen)
- veurmiddags: Hie hef gister bij ous west, is vömmerdags kommen en 's nommerdags weer weggaon (Vries)
- veurtieken: Dat het er al een veurteiken van west (Roderwolde)