U zocht voorbeeldzinnen met daarin "mooi"
Uw zoekopdracht leverde meer dan 500 resultaten op, specificeer uw zoekopdracht.
Resultaten 341 - 360 van 500
- genieten: Murgen is het mooi weer, dan gao wij der van genieten (Hollandscheveld)
- genieten: Ze kunt nog mooi een paar jaor genieten van heur pensioen (Beilen)
- gerei: Dat peerd hef mooi gerei an (Barger Oosterveld)
- gerei: Vrogger gungen ze mit een mooi gerei naor de karke, mar nou bint het allemaole auto's (Koekange)
- gerei: Ie hebt mooi gerei bij oe, maor ik bin niks neudig
- gerei: Dat beist zit mooi gerei onder (Barger Oosterveld)
- gerei: Die vèerze har een mooi gerei maakt (Hijken)
- gerief: Een mooie hof der achter, daor kunj mooi je eigen gerief op verbouwen
- gesjochten: Daor zits doe mooi mit gesjochten (Barger Oosterveld)
- gesnor I: Dat gesnor van dai katte, dat heurt glad mooi (Valthermond)
- gespikkeld: Die gespikkelde hond vien ik niet mooi (Elim)
- gesprenkeld: Die jurk is mooi gesprenkeld (Klazienaveen)
- gestaodig: Gestaodig an wordt het mooi weer (Coevorden)
- gestaodig: Zie kunt mooi gestaodig andoen (Schoonlo)
- getiegerd: Dei honden waren mooi getiegerd (Roswinkel)
- gevaar: Dat is een mooi gevaarte waj no hebt (Padhuis)
- geval: Wat het dat wichie ain mooi gevallegie aan (Valthermond)
- gewaad: Wat hef die een mooi gewaad an
- geweldig: Dat was geweldig mooi aovend (Eexterveen)
- gewelfd: Een mooi, gewelfd dier (Dwingelo)