U zocht voorbeeldzinnen met daarin "aal"
Uw zoekopdracht leverde meer dan 500 resultaten op, specificeer uw zoekopdracht.
Resultaten 361 - 380 van 500
- porren: IJ moet mij aal niet zo in de zied porren, ik krieg der almaol blauwe plekken van (Eext)
- potsen: IJ zit er aal op te potsen, ij moet die schup scharp maken (Sleen)
- praanseln I: Hie zit er aal deurhen te praanseln
- priesterkoor: Het was een plechtige misse, het was aal wierook in het priesterkoor (Barger Oosterveld)
- priesverhoging: Aal die priesverhogings gaot èendeloos deur (Odoorn)
- prumeln: Hie prumelt mar aal deur, mar hie kan het niet wegkriegen (Schoonebeek)
- prumeln: Hai zegt niks, mor hai prumelt mor aal deur; hai krig het lief wel vol (Valthermond)
- prutteln: Wat hef dat aold mèensch aal te prutteln (Sleen)
- pruweln: Wat zit dat kind aal te pruweln met het etten (Padhuis)
- pulen: IJ moet niet aal an die buzen zitten te pulen (Sleen)
- pulen: Hij zit aal in de neus te pulen, hij het vaast last van wörms (Roderwolde)
- raam: Hai zat aal veur het raom te koekeloeren (Emmer Compascuum)
- raggeln I: Hie zit aal in het vuur te raggeln, aans giet hum de kachel oet (Sleen)
- rap I: Aal rap en roet kwam er op of (Eelde)
- rente: Aal jaor moej met de bookies hen de baank um rente bij te schrieven (Hijken)
- reppen: Daor moej aal niet wèer over reppen; dat is veurbij (Sleen)
- reselvaotsie: Aal reselvaotsies wassen overbodig
- reukeln: Hie zit er aal tuschen te reukeln; daor is het niet beter van (Sleen)
- reuren: Hij zat aal in het ruimerie te ruiern (Roderwolde)
- riemen I: Aal dat riemen is niks veur mij (Geesbrug)