U zocht voorbeeldzinnen met daarin "emmer"
Resultaten 21 - 40 van 50
- non I: Zij hef naor de ULO gaon bij de nonnen in Emmer Compas (Klazienaveen)
- oethaal: Die koou dee mij een oethaol en sleug in een keer de emmer weg (Anloo)
- oetpaandern: As het holtverkoop was in de Emmer dennen, mus Van Loo het oetpaandern (Barger Oosterveld)
- opputten: Ik moe even een emmer water opputten en dan kom ik er an (Stieltjeskanaal)
- plaoster: Der is een beste plaoster van de gimmeleerde emmer ofsprungen (Gasselte)
- plenzen: Het water plenst van alle kanten over de emmer (Coevorden)
- pomp I: An een pomp zit boven de terugslagklep een slegel, een zoegerstang, een zoeger of emmer, de mond en (Sleen)
- put: De emmer is mij van de haol vallen en non lig e in de put (Sleen)
- putheuzer: Een putheuzer broekte zien eigen emmer veur het hen boven halen van het welzaand (Weerdinge)
- putzeuiker: Met de putzeuiker haol wij de emmer oet de put oet. Der zit drei haoken an (Eext)
- slaon: slat je hiel gauw in de emmer (Padhuis)
- slobbern: Die koe slobberde de iene nao de aander emmer leeg (Oosterhesselen)
- spekhaak: Bie het kassenplukken har ik de emmer in de boom an een spekhake hangen (Barger Oosterveld)
- Stappers: Umdat ze in de emmer melken moet (Hollandscheveld)
- stippen: Wai mugden eerder gien emmer met waoter in de krub staon laoten, want dan stipten peer het heui der (Eexterveen)
- striekend: Een striekende emmer vol melk (Stieltjeskanaal)
- striekvol: Hij har mie de emmer strikvol daon (Barger Oosterveld)
- stroezen: De melk stroesde de emmer in (Rolde)
- stropvol: Ik heb die emmer stropvol melk daon (Weerdinge)
- teems: (...) de melk oet de emmer in de teems op de bus (Eelde)