U zocht voorbeeldzinnen met daarin "inzet"
Resultaten 21 - 28 van 28
- overloop: Nao de eerste inzet komp der nog een overloop. Ok nao de eerste palmslag (Sleen)
- paneel: Oet die deur heb ik de panelen oethaald en ik heb der glas inzet (Sleen)
- passerijtuun: De passerijtuun hebt ze kleiner maakt; ze hebt er een paar riegen dennen inzet (Sleen)
- plukgeld: Bij de inzet hej schriefgeld en bij de ofslag plokgeld of striekgeld (Hoogeveen)
- trekgeld: Tingenswoordig kriegt ze trekgeld bij inzet. Vroeger heugden ze met een kwartien; de heuger kreeg da (Beilen)
- veiling: De inzet van de veiling is al west (Hooghalen)
- verbeuren: Aj een weddenschap verliest, is de inzet verbeurd (Eext)
- vlooienrikkien: Het vlooienrikkie is zowat eein centimeter groot en is dreeihooukig. Dat ding wordt inzet met naold (Eext)