U zocht voorbeeldzinnen met daarin "stoppen"
Resultaten 21 - 33 van 33
- stopgaoren: Ik heb gien stopgaoren meer, ik kan gien hozen meer stoppen (Eext)
- stoppen: Wij moet de erpel der nog under stoppen, ...maken
- stoppen: Ik mus altied helpen bie het worsten stoppen (Barger Oosterveld)
- stoppen: mij dat gat in de boksebuus wal even stoppen? (Zweelo)
- stoppen: Ik heb gien sokken meer hiel, ik moe neug an het stoppen (Borger)
- stoppen: Jonge, jonge, wat heb ie oe wat in de vingers laoten stoppen (Meppel)
- stoppen: Hie wol stoppen mit roken, mor het is niet lukt (Stieltjeskanaal)
- stoppen: Stoppen, jongens, het is holderd! (Schoonoord)
- top: As ze de iemen naor de haide brengen, stoppen ze het ielgat dicht mit een toppie heui (Emmer Compascuum)
- verteren: Ie kunt dat wal in de grond stoppen, mar het verteert nich (Barger Compascuum)
- vingerhoed: Ik wol an het stoppen, man ik kun de vingerhoud nich vinden (Barger Oosterveld)
- voetstuk: Voutstukken bint stoppen neit meer weerd (Vries)
- winterklied: Under het winterklied stoppen (Dwingelo)