U zocht voorbeeldzinnen met daarin "umhoog"
Resultaten 21 - 38 van 38
- sierarft: De sierarften gruiden tegen het gaos umhoog (Barger Oosterveld)
- smoeze I: Bestoppen was: zetten van bollen tegen de wand van het zwarte veen umhoog. As dat zwarte veen bevreu (Klazienaveen)
- speklappien: Dat de karbenaodes en de speklappies in pries umhoog gaan bint, daor hebt ze noou gien bosschup meer (Eext)
- staart: Door lop dei kater weer mit de steert umhoog (Barger Compascuum)
- sterrenkieker: die met de kop umhoog lop (Sleen)
- stiel I: De veur umhoog lopende stokken van het spinnewiel bunt stielen (Barger Oosterveld)
- stumeln: De rook stumelt recht umhoog (Oosterhesselen)
- treklaamp: Doe de treklaamp mar een beetien umhoog (Oosterhesselen)
- umhoog: Hie möt met het bien umhoog liggen (Emmen)
- umhoog: Die weg lop wat umhoog (Kerkenveld)
- umhoog: Hij zat met dat ding umhoog
- umhoog: Die plek was verder umhoog
- umhooghalen: De boom möt een vak umhoog haald worden
- water: Ik bin zo beroerd, het flauw water komp mij umhoog
- west II: Het koren komp niet weer umhoog, daor zit de west in (Eext)
- woepsen: Hie woepste umhoog, toen de wagen deur die knipslag reed (Sleen)
- zaodkap: Bij een zaodkap kan de kap umhoog en naor beneden (Sleen)
- zwartwarker: Zwartwarkers bint er nao de oorlog kommen, toen de lonen umhoog gungen (Sleen)