U zocht voorbeeldzinnen met daarin "wil"
Uw zoekopdracht leverde meer dan 500 resultaten op, specificeer uw zoekopdracht.
Resultaten 401 - 420 van 500
- kilometer: Om dat te kriegen wil ik gain kilometers lopen (Emmer Compascuum)
- klauw I: Wil ie mit de klauwe de grond löswarken? De règen hef de boel aordig dicht eslagen
- klemmen I: Wil ie èven op de ledder klimmen en wat paren schudden? (Ruinerwold)
- kleuven I: Bij vörstig weer wil het holt op 'n besten kluven (Stieltjeskanaal)
- klip I: Het water wil niet zakken, woor een klip in de grond zit (Pesse)
- klok II: Wie wil nog koffie? Der zit nog een klok ien de kanne (Ruinerwold)
- klók III: De klok wil best zitten
- klomp: Ik wil in een klooster waor twei paar klumpkes veur het berre staon
- klompenklossien: Ik wil die boom even in klompenklossies zagen (Zweelo)
- kneuterkonte: Het wil hum niet best van de haand, wat 'n kneuterkonte (Dwingelo)
- knevel: As het vleis niet best gaar wil wurden, dan zal het wel van een olde knevel wezen
- kniepstuver: Det is zo'n kniepstuver, hij wil zien eigen stront wel vreten (Ruinerwold)
- knipscheer: Haal mij de knipscheer even op, ik wil die foto oet de kraant knippen (Sleen)
- knirzen: De voring wil nog wel ies knirzen (Norg)
- knol: Dei knollen wil maaien/Mot op Laurens zaaien
- knol: Wel knollen wil eten/Mot Zweeler mark nich vergeten
- knuffeleulie: Der moet wat knuffeleulie bij, aanders wil het wark niet opschieten
- koe I: Ik wil even met de koou hen de bolle (Wapse)
- koel: Ik wil de eerappels in de koele maken
- koppel: Zie hadden een koppel wil