U zocht voorbeeldzinnen met daarin "wat"
Uw zoekopdracht leverde meer dan 500 resultaten op, specificeer uw zoekopdracht.
Resultaten 441 - 460 van 500
- bargplaank: De bargplaank hej in hoes of op de deel an de muur um wat op te leggen (Emmen)
- bargruumte: ....een oetkubbing met wat baargruumte der under (Vries)
- barnstienen: Kèrel domnee, wat hej daor een mooie barnstienen sigarenpiep
- barrebiester: Barrebiester, wat is het kold (Noordscheschut)
- barries: Ik bin hen poppie kieken west, wat een barries van een jong (Gasselte)
- barstensvol: Wat was daor gisteraovend een volk, het was der barstensvol (Koekange)
- bats III: Wat kik die bats toe
- bats III: Moej dennend zeen, wat steeit e der bats op (Gasselte)
- batse I: Dei batse is wat mit loos (Barger Compascuum)
- batse I: Wat een verwaande batse wordt dat (Noordscheschut)
- batsig: Wat stun mij dat wichtien der batsig op (Buinen)
- baviaan: Wat een lomperd, wat een baviaon (Vries)
- bazeln: Wat waaj vannacht an het bazeln
- bazen: Die baast zo mar wat raak (Pesse)
- bazen: Die vent zat de hiele aovend te bazen en wat is het (Drouwen)
- be-euvern: Hij hef zülf niet veule be-euverd. Wat e hef, hef e earfd (Ruinen)
- bebeuld: Wat hest doe toch ain bebeulde kop, wat is der? (Tweede Exloërmond)
- beciefern: Ik kan nog niet beciefern, wat het kosten mot (Barger Oosterveld)
- beddestro: Die hef ook nog wel wat in het beddestro zitten
- bedelaar: Der kwam een bedelaar bij oes an de deur; ik heb hum wat te eten geven (Emmen)