U zocht voorbeeldzinnen met daarin "dreugen"
Resultaten 41 - 60 van 75
- nestel: Vrogger dreugen massiessees nestels over heur attilla
- oetspreiden: Sprei dat stro maor even oet, dan kan het dreugen (Anloo)
- onbestörven: Onbestörven gras is gras, dat lang liggen blef en niet dreugen wil, mor wel gruin blef (Eext)
- opbreken: Törf opbreken: 3 rijen opbreken en die legde men op 3 vaste rijen en nao een week goed dreugen zett (Pesse)
- opheuien: As het heui op het laand te nat eworden is en weer vanneis te dreugen elegd wordt, is dat opheuien (Hoogeveen)
- oprijen: De bonen wordt oprijd en dan an de zolder hangd te dreugen (Barger Compascuum)
- overtips: Een veerkaante zwarte wollen dook mit ballegies. Hij worde overtips dreugen (Diever)
- pees: Leg die pees mor achteroet, dan kan hij dreugen (Sleen)
- perstörf: Dreugen (...), bie perstörf was het allein opstoeken, umstoeken en zwillen (Tweede Exloërmond)
- piloboks: Een pilobroek was stark, die dreugen ze in het wark (Hijken)
- piskussen: Het piskussen wörde op de hège legd um op te dreugen (Ruinerwold)
- regencape: Veural de postboden dreugen vrogger vake een regencape (Uffelte)
- ribbe: As de törf dreugen mus, wörden ze in ribben zet (Weerdinge)
- rim: As de torf egraven was, dan zetten ie ze eerst te dreugen op stoekies en later op
- ring: Zudden en törf worden in ringen zet um te dreugen (Wapse)
- ris I: Ik heb er een hiele rist appelties hangen te dreugen (Oosterhesselen)
- schithak: Met scheuvels haj eerder vaak last van schiethakken. Ok aj neie klompen dreugen (Hijken)
- slipjas: Een slipjas dreugen ze met trouwen (Odoorn)
- slootvilt: De turven wurden in de viem ezet en kwamen onder de slootvilten um in het donker wieder te dreugen (Ruinerwold)
- soepgruunte: Wij hebt zoveul soepgruunte, wij moet er maor wat van dreugen (Drouwen)