U zocht voorbeeldzinnen met daarin "geboren"
Resultaten 41 - 60 van 60
- ofbreuk: Een vullegien, geboren in april, in september verkocht veur een paar honderd gulden. 'Een mooie ofbr (Havelte)
- onneuzel: Hie is dom en onneuzel geboren en hef niks toeleerd (Exlo)
- opgaon I: Ik bin in 1900 geboren, ik gung met het jaortal op (Sleen)
- plas II: Wij mussen met de plas hen Hesseln; der was een kleine geboren (Sleen)
- plas II: As der een poppien geboren is, meut de grootolders mit de plasse op de gaank (Diever)
- Pruus: De Prusen worden geboren mit een gewèer op de rogge (Elim)
- rammelaar I: Hij is geboren mit een golden rammelaar
- schiethoes: *Job zunder kop/Zunder oren/Is in het schiethoes geboren
- schrikkeljaor: Die op 29 febr. geboren is, kan in een schrikkeljaor zien verjaordag op zien geboortedag vieren (Schoonebeek)
- slak: Een slakkie is een veul te vrog geboren kalf (Dwingelo)
- spielen: As der een kind geboren mus worden, dan mussen de naobervrouwen de huve spielen (Schoonebeek)
- sterrebeeld: Ook een man kan een maagd wezen, as hij maar onder een bepaald starrebeeld geboren is (Meppel)
- vastzitten: Der is weer iene geboren; wij zit weer an een wegge vast
- veenkeet: Dat wicht is nog in een veenkeet geboren (Barger Oosterveld)
- veurtiedig: Dat kind is veurtieds geboren
- vlies: Het kalf zit in een vliesien as het geboren wordt (Sleen)
- vreter(d): *Vreters worden niet geboren, die worden emaakt (Meppel)
- zommerkalf: Een zommerkalf is geboren tuschen september en januari (Sleen)
- zommerkalf: wordt 's zummers geboren (Roderwolde)
- zudde: Wanneer as ie in de torf geboren bint, heb ie een zudde niet veul in tel (Kerkenveld)