U zocht voorbeeldzinnen met daarin "geel"
Resultaten 41 - 49 van 49
- stoefmeel: De katties bint geel van het stoefmeel (Hijken)
- stoefmeelknop: De stoefmeelknop is mooi geel (Dalen)
- strèeien: Geel zaand om te streuien mit de gladden (Valthermond)
- traonoog: Een pèerd mit een traonoge; dan blif de ooghoek wat geel (Dwingelo)
- verkarren: De boeren bint met 'nkander an 't geel zaand verkarren veur Jaan zien nei hoes (Eext)
- winterbotter: Winterbotter is geel en wat stark (Emmen)
- wörmkruud: bleuit mooi geel (Gieten)
- zeen I: Het is almaol zenen en geel haor (Eexterveen)
- Zeyer: geel II