U zocht voorbeeldzinnen met daarin "mes"
Resultaten 41 - 60 van 167
- kiffeln: De bessemstale was te dikke en met een scharp mes kiffelde hij an de onderkaante der wat of en toe p (Meppel)
- klauw I: Een klauw an een ploeg, daor kun je een mes achter doen (Klazienaveen)
- klauw I: Hij trok met de klauw de mes van de waogen (Roderwolde)
- klienen: Hij is niet in huus, hij is hen mes klenen (Noordscheschut)
- kloeze I: Een kloeze was een best mes, die wörden deur de Dwingeler smid Kloeze mèuken (Dwingelo)
- kniet: Vrugger, toen zeeide wij nog wel ies kniet, nou is het gemengde mes (Ruinerwold)
- koe I: Zunde dat de Koekanger koenen ien het water schijt, want de boeren bint de mes zo neudig (Ruinerwold)
- kont: Dat mes is zo stomp, ie kunt er wel mit de konte op naor Keulen rieden (Hollandscheveld)
- kört II: Körte mes
- kouw II: Jan was het mes oetscheuten en nou hef hie een beste kouw in de haand (Rolde)
- krabber: Met de krabber trökken ze de mes van de wagen (Dalen)
- krukmes: De klompenmaker gebruukt een krukmes um de ruge vorm van de klompe te maken; det mes zit an de bok (Hoogeveen)
- krukmes: Een krukmes is een mes mit twei krukken, het was een trekmes veur bomen schellen (Zuidwolde)
- kweekiezer: Een kweekiezer, dat is een lang mes (Hijken)
- kwiet: Ik bin mien mes kwiet (Hollandscheveld)
- landverovertien: Mit laanverstikkertie gooide ie een mes mit de punte in de grond en trökken ze een streep, zoas het (Pesse)
- lang II: Lange mes
- lekkeres: Aj wat lekkeris hebben wilt, moej even een schaarp mes pakken, dan zal ik je wat ofsnieden (Eext)
- luuns I: Aj de sloot opmaakt, gooit dan het luuns maar op een bulte, dan kan het wel deur de mes ewarkt worde (Ruinerwold)
- mes I: Ik heb het mes èven op de sliepstien holden (Elim)