U zocht voorbeeldzinnen met daarin "vak"
Resultaten 41 - 44 van 44
- vakstuit: Een blokkie in een vak
- vakvlijen: vak
- val: As het vak zowat vol is, dan wordt veuran een vierkaantig hoekie vrijlaoten, dat was de val. Hij sta (Smilde)
- verplegen: een mooi vak (Schoonebeek)