U zocht voorbeeldzinnen met daarin "hoe"
Resultaten 61 - 80 van 361
- bombammen II: Hoe geet het tegenswoordig buurman? Och, niks te vreed, het bombamt wat voort (Ruinen)
- bruun I: Hie zit er op te bruun, hoe hij het hum betaald zal zetten
- buis II: Hoe koold het ok is, een bais hef e nooit an (Nieuw Schoonebeek)
- christenkerel: Christenkerel, hoe kuj 't doon! (Diever)
- dag: Dag!, zee maandag tegen dingsedag, hoe giet het mit woensedag? Best, zee donderdag, zeg mar tegen vr (Havelte)
- dapper: Hoe is het mit het olde meinse? Oh, die is nog goed dapper (Ruinerwold)
- dat II: Al hoe kaold dat het is, een jas hef e nooit an
- deur II: Aj der veur zit, moej der deur, al hoe stoer of het ok is (Anderen)
- dierenbeul: Aj zeet, hoe die man dat peerd mishandelt, dan kuj gerust spreken van een dierenbeul (Anderen)
- dinges: Ik heb dinges ook eziene, och, hoe het hij ook weer, zien naeme wil mij niet in het zin schieten (Wapserveen)
- doe I: Toe deew dat aans, mar hoe was het toe ook weer? (Wapserveen)
- drommekater: Te drommekater, hoe kuj dat nou toch doen (Ruinerwold)
- dubbeltien: Ie kunt nooit weten hoe een dubbeltie rulen kan (Dwingelo)
- dunnegies: Hoe was zien rapport? Dunnegies heur
- duun II: Hij duudde hum, hoe het mus (Pesse)
- eerder: Hoe eerder, hoe liever (Buinen)
- egge I: Die jongs bint aordig rebels. Hoe kriej ze nog weer bij de egge
- feitelijk: Ze kunt wel wat zeggen, maar het is feitelijk niet te zeggen hoe het of zal lopen (Wapserveen)
- fien: Hoe fiender aj de kool sniedt, hoe lekkerder as e is (Hijken)
- foei: Hoe kuj dat non zomor zeggen! Foj, foj, daj niet wiezer warren (Anderen)