U zocht voorbeeldzinnen met daarin "maken"
Resultaten 61 - 80 van 416
- duikers: Duikerse jong, woj maken, daj wegkomt (Sleen)
- dunderslag: Van een scheet een donderslag maken
- eerdebult: Een eerdebulte um 's winters hokkemest mit te maken (Ruinen)
- eertieds: Daor moew eertieds even wark van maken (Sleen)
- effen I: Van dat effen goed hef oes wicht zich een buisien laoten maken (Padhuis)
- ei: Wat deink ie, zo'k een kaans maken?
- ekkel: Van zo'n tamme ekkel - mit een lucefersstokkie der deur - kuj merakel mooi een tjollegie maken
- emmerrik: Wij moet is neie latten op het emmerrik maken (Klazienaveen)
- fiebeleförsies: Nou möj gien fiebeleforsies maken (Meppel)
- flikken: De kleinzeune wil in de vekaansie van twei olde fietsen iene maken, het zal mij beneien as hij det k (De Wijk)
- flitseboog: Dat is een mooie stok, daor wil wie een flitsebeugel van maken (Klazienaveen)
- flitterpepier: Wij maken slingers van flitterpepier (Borger)
- floddermadam: Iene, die probeert heur mooi te maken, mar in gien geval slaagt is een flodderman (Ruinerwold)
- fluit: De jonges maken een fluitie van ap-sap-siepiesholt (Hijken)
- fosserij: ...een hiel fosserije van pepier um de kachel an te maken
- fout I: *Wie gien fouten wil maken die meut mit de voten in de aovend blieven zitten (Elim)
- gaarriegel: Aj een nei zwad begunt, dan moej eerst een gaarriegel maken, dan valt ze tegen mekaar (Beilen)
- gang: gaank maken (Hoogeveen)
- gaorenklossien: Van gaorenklossies kunj mooie giebegies maken (Hijken)
- gat: Non moej maken daj wegkompt, aans kreej een schup under het gat (Hijken)