U zocht voorbeeldzinnen met daarin "stal"
Resultaten 61 - 80 van 80
- teunen: Die stal teunt niet zo
- teunlijk: Dat was een teunlijke stal um wat te verkopen
- tiental: stal staon (Eext)
- tierboom: Een tierboom is een boom tuschen twie pèerde op stal
- tiezig: As de pèerde 's zundaags de hele dag op stal staon hebt, dan bint ze 's maandaags amet zo drok en t (Beilen)
- trappaol: De trappaol is de paol tussen tweei peerde in, in de stal (Grolloo)
- trappen I: Vrogger hungen ze een paole tussen de peerden in de stal, dan kunden ze menare niet trappen (Hoogeveen)
- umzetten: Wij hebt de koenen op stal umzet (Weerdinge)
- veurdat: Veurdat wij weggaot, moew nog even over de stal (Zwinderen)
- veurraom: Op veurraom doe wij murgen de koenen op stal (Oosterhesselen)
- veurvast: Begun november wordt de melkkoenen veurvaste op stal ezet (Uffelte)
- voorgang: Die stal hef een smalle voergang (Kerkenveld)
- voringhoffien: Het pèerd wuur in 't stal daon, mor ij mèeiden wat gras in het voringshoffien, ...voorhoffien, ... (Sleen)
- vromelkt: Een vromelkte koe is een koe die kalft tegen ze op stal komt (Zweelo)
- vruchtkoekien: Het vruchtkoekien vunden wij later nog in de stal (Sleen)
- wanrakens: De koenen bint wanrakens op de stal ekomen
- weltern: Het peerd hef zuk welterd in de stal, hie zit klem (Stieltjeskanaal)
- wispelturig: Dat peerd is zo wispelturig, hie stiet aaid te stampen in 't stal (Exlo)
- zwartsel: Zwartsel weur vroeger gebroekt veur het underste stuk van muren, in het zwienhok of op stal (Emmen)
- zwienhok: stal, of in een apart hokkien in het zwienhok (Coevorden)