U zocht voorbeeldzinnen met daarin "zeggen"
Resultaten 61 - 80 van 220
- hampelman: Het waren ok gien volle krachten: hampelman en krummelman, zuw maor zeggen
- hangiezer: Dat is een hiet hangiezer, daor wilt ze niet teveul van zeggen
- hardhoed: Tegen die hardhoed kuj alles zeggen, den trekt zich nargens wat van an (Padhuis)
- hardop: Dat duur ik wal hardop zeggen
- harnas: Deur dit te zeggen hebt ze een hielboel meinsen tegen heur in het harnas ejagd (Broekhuizen)
- hartspan: Hie is hengaon an hartspan, har eein van de groep heur vaoder zo heuren zeggen (Eext)
- haspeln: Noou begunt e te haspeln, hie wet niet meer hoou of e het zeggen mot (Eext)
- hatelijk: Die kan zo hatelijk wat zeggen, dat is gien gekheid meer (Hollandscheveld)
- hèuren I: Hij het 't van heuren en zeggen (Roderwolde)
- hèuren I: Van heuren zeggen kuj nao
- hierop: Ik wete niet, wa'k hierop zeggen mutte (Ruinerwold)
- hierover: Hierover heb ik niks te zeggen (Sleen)
- hoe II: Hoe 't ewest is, kan ik niet zeggen (Broekhuizen)
- hoes: Zolang je nog zeggen kunt: ik gao naor hoes, dan bin je riek (Norg)
- hoesheer: Ik bin vandaag hoesheer, mar ij moet mar zeggen, wa'k kokken möt (Padhuis)
- hoesholden: Ik kan op het ogenblik niet zeggen, woor e hoesholdt
- how: How kuj zeggen tegen een peerd of tegen iene, die drok an het vertellen is (Zuidwolde)
- ijlu: Nou zult paartie lezers wal zeggen: wat almachtig dom en onneuzel bin ijlu dan
- jongesgenaode: Die boven lag, luit niet eerder los of de onderste mus zeggen van 'jongesgenaode' of 'wichtergenaode (Norg)
- kalm: As er ene zeg: een bietien kalm, dan keuj zeggen: de koe mut kalm