U zocht voorbeeldzinnen met daarin "stof"
Resultaten 81 - 94 van 94
- vleug: Oppassen met die stof, want der zit vleug an
- voddengoed: Dat stof is niks, almaol voddegoud (Emmer Erfscheidenveen)
- voeren I: Dunne stof moej voeren (Wapserveen)
- wannen I: Bij het wannen wuurd met een gaanzeveer het stof der ofveegd (Padhuis)
- wark: In stof warken is min wark
- watertwist: stof veur halve gerdienen (Hooghalen)
- wereld: Het stof verlop zo, ik bin er de wereld veur neudig (Zeyen)
- wrong: Een wrong was een rol stof achter um de middel van een börstrok of rompien. Daor huulden ze de rokk (Sleen)
- zacht: Neteldoek is zaachte, dunne stof (Eext)
- zakken I: Zakken stof is wat grof geweven stof (Stieltjeskanaal)
- zeefiot: Zeefiot is blauwe en zwarte stof (Oosterhesselen)
- zeefiot: een stevige stof, die wat haard anvuult (Diever)
- ziedepapier: Ik pakke de deuze (...) uut de halkaste, blaos het stof van het deksel en kieke onder het ziedepapie
- zölfkant: De zölfkaant of de negge van de stof (Stieltjeskanaal)