U zocht voorbeeldzinnen met daarin "wil"
Uw zoekopdracht leverde meer dan 500 resultaten op, specificeer uw zoekopdracht.
Resultaten 81 - 100 van 500
- beding: Ie mugt dooun, waj wilt, maor ik wil under gien beding in het bestuur (Gasselte)
- bedoktern: Hij har 't lest bij ons bedorven en nou wil hij het weer bedoktern (Schoonebeek)
- bedrillen: Hij wil altied alles bedrillen (Erica)
- befoegeln: As het niet goed lokken wil, moej het wel ies befoegeln (Wapserveen)
- bek: Het vie wil der gien bek anzetten
- bekieken: Dat wil ik eerst ies goed bekieken (Geesbrug)
- beklag: Hij wil even zien beklag maken (Sleen)
- beklagen: Die wil altied beklaagd worden, mor 't is niet zo slim mit heur (Hoogeveen)
- bekonkeln: Wil ie de boel weer bekonkeln? (Pesse)
- bekörten: wil ik wel miteten
- bekrunen: Ik wil mij op mien olde dag der niet umme bekreunen (Diever)
- bepaold: Hij wil bepaold met naor de kerke (Koekange)
- bereursel: Ik wil pannekoeken bakken, ik heb het bereursel al klaor (Stuifzand)
- beschuut: Stoet wil ik niet meer, mar een beschuut giet er nog wal in (Padhuis)
- best II: Het wil niet te best (Klazienaveen)
- bestelling: Wil ij even de bestellings opnimmen
- bestrieken: Hij wil altied baosspeulen. Hij wil het hele gebied bestrieken (Coevorden)
- beuken: As men een leeimen deel wil maoken, mot men - naodat de leeim met waoter precies goud mengd is - ze (Eext)
- bevördern: Die neie politieman wil graag bevörderd worden (De Wijk)
- bezeupen: Wat een bezeupen ding is dat, het wil jao niks (Sleen)