U zocht voorbeeldzinnen met daarin "oorlog"
Resultaten 101 - 120 van 122
- verkarven: In de oorlog how een bool tebak verkarfd (Pesse)
- verkeerd: Hij was verkeerd in de oorlog
- verklikker: In de oorlog haj van die stille verklikkers
- verlinken: In de oorlog hef hij hum verlinkt (Grolloo)
- vernageln: In de oorlog vernagelde de smid de peerden soms expres; dan wolden de Duutsers ze nich hebben (Barger Oosterveld)
- verraon: In de oorlog bint er veul mensken verraoden (Borger)
- verzet I: In de oorlog zat hij in het verzet (Klazienaveen)
- veuroetgang: De veuroetgang was groot nao de oorlog (Sleen)
- vleis: In de oorlog mussen de boeren vlaais levern (Roderwolde)
- vleugel: In de oorlog is der bie oes een vleugel van een vleigmesiene deelkommen (Barger Oosterveld)
- vördern: De peerde wuurden in de oorlog vörderd deur de Duutsers (Padhuis)
- wachtlopen: In de oorlog mussen wij wachtlopen um te kieken of er gien licht scheen (Sleen)
- wanmeul: Hij hef nog een wanmeul van veur de oorlog (Sleen)
- waopen I: In de oorlog mus alles under de wapens (Zwiggelte)
- warkverschaffing: De meiste wuiste grond hebt ze veur de oorlog mit de warkverschaffing anmaakt (Barger Compascuum)
- weer I: Het is man goud dat de lu niks over het weer te zeggen hebt; dan kreej oorlog (Barger Oosterveld)
- wegkruper: In de oorlog hadden wij een wegkruper (Sleen)
- winterwortel: In de oorlog kregen wie bie het oetgaon van de schoule winterwortels (Barger Oosterveld)
- ziep: In de oorlog, toen aj gien zepe kriegen kunden (Hollandscheveld)
- ziep: In de oorlog was er betunighaid aan zaibe (Emmer Compascuum)