U zocht voorbeeldzinnen met daarin "ambacht"
Resultaten 1 - 3 van 3
- ambacht: Aj niet lèren wilt, dan moej maor een ambacht lèren (Beilen)
- ambacht: Hij hef een verkeerd ambacht (Hoogeveen)
- ambacht: Aj een ambacht lèerd hebt, bi'j klaorder as een aander (Sleen)