U zocht voorbeeldzinnen met daarin "angifte"
Resultaten 1 - 7 van 7
- angifte: Ik mout ok nog even op het gemeinthoes wezen om angifte te doun van een dood kalf (Vries)
- angifte: Hij hef gister angifte daon van zien kind (Coevorden)
- angifte: Aj de tongblaor of pest maank het vee kriegt, muj der angifte van doen op het gemientehuus (Koekange)
- angifte: Wij moet angifte doen daw een hond hebt (Zwiggelte)
- angifte: Hij miste een schaop en hef er angifte van daon bij de politie (Schoonlo)
- angifte: Doe mij die angifte even met (Sleen)
- krengbak: Wij moet angifte doen, aw een dood dier hebt, dat in de krengenbak möt (Zwiggelte)