U zocht voorbeeldzinnen met daarin "anharker"

Resultaten 1 - 2 van 2

• anharker: As der gien anharker was, mus ie later naoharken (Pesse)
• anharker: As het mooi gunk mit heuilaan, dan kun de anharker goed anheuien (Ruinerwold)

© 2009 Rijksuniversiteit Groningen