U zocht voorbeeldzinnen met daarin "anstrieken"
Resultaten 1 - 4 van 4
- anstrieken: Hij wol de lucifer anstrieken, mar hij was te slof. Het wol nich (Barger Compascuum)
- anstrieken: Wat komp die vogel der mooi anstrieken
- pannenstrieker: De underste dakpannen moej nog even anstrieken met een pannestrieker (Weerdinge)
- vörstpan: Aj de vorstpannen goed dichte wilt hebben, muj ze anstrieken mit een pannenstrieker (Zuidwolde)