U zocht voorbeeldzinnen met daarin "argerlijk"
Resultaten 1 - 5 van 5
- argerlijk: Het is argerlijk zoas die kèrel der deurhen zat te proten (Mantinge)
- argerlijk: Het is argerlijk, zoas hij vluukt (Vledder)
- argerlijk: Het is argerlijk dat ze gien ene te woorde steet (Pesse)
- argerlijk: Dat de rogge zo liggen gaon is, is een argerlijk gezicht (Erm)
- woord: Het is argerlijk, dat ze gien ene te woorde steet (Pesse)