U zocht voorbeeldzinnen met daarin "beduusterd"
Resultaten 1 - 3 van 3
- beduusterd: Wij hebt net zo lang wacht tot wij een beetie beduusterd waren, toen bin wij 't vondertie over egaon (Geesbrug)
- beduustern: Wij hebt ons wat beduusterd (Hoogeveen)
- beduustern: Ik had mij verlaat en toen was ik beduusterd (Padhuis)