U zocht voorbeeldzinnen met daarin "betrekken"
Resultaten 1 - 5 van 5
- betrekking: Zij hadden der nogal betrekken, ... verslag mit (Roswinkel)
- gloepends: Iene gloepens betrekken
- gloeps: Wie wolden hum even gloeps betrekken, man het was nich neudig
- handgeld: Deur het annimmen van een handpenning zaten de knecht of de meid an de betrekken vaast;
- naogluien: De locht was an het betrekken, maor de zunne gluide nog nao (Hoogeveen)