U zocht voorbeeldzinnen met daarin "buusgat"
Resultaten 1 - 7 van 7
- buus I: mit baandties tussen de rokken en daor kunden ze dan mit de haand deur het buusgat op zied van de ro (Hollandscheveld)
- buusgat: Hij keek met het linkeroge in het rechter buusgat
- buusgat: Zij har de handen in het buusgat (Sleen)
- buusgat: Dat wicht har een kind, dat heur oet het buusgat rold was
- lonken: Hij lonkt mit het linkeroge in het rechter buusgat
- scheel I: Hij is zo scheel, hij kik mit de linker oge in het rechter buusgat (Barger Oosterveld)
- trens: Een trens zat in het buusgat van de rok (Roderwolde)