U zocht voorbeeldzinnen met daarin "citroen"
Resultaten 1 - 5 van 5
- citroen: Dit is eigengemaokte citroen (Eext)
- fladderak: Tegenwoordig is fladderak jenever met 'n beetie citroen, mor in de oorlog was der ok fladderak met w (Anderen)
- oetkniepen: As hie de kaans krig, knip hij oe oet as een citroen
- schief I: Doe er maor een schief citroen bij (Drouwen)
- wichtergenaode: Bij wichtergenade kneep een wicht iene in de nak en zee: Genade, sucade, citroen (zeg:) Ik zal het n (Padhuis)