U zocht voorbeeldzinnen met daarin "dril"
Resultaten 1 - 9 van 9
- drel I: dril
- dril I: Vroeger wekten wij altied vleis in de flessen en dan zat er ok altied van dat dril in (Hijken)
- dril I: De hiele sloot zit vol dril (Borger)
- dril II: Dril is starke, ketoenen stof. Een beetie geribd en wat dof van kleur (Eext)
- dril II: Van blauwe dril muken ze boezeroenen (Emmer Compascuum)
- heufdkees: Dril was hier vrogger lekker in de heufdkeze (Zuidwolde)
- lil: Mit melk karnen, dan wordt de melk eerst ook lil, ...dril (Hoogeveen)
- onverslietbaar: Een boks van dril was onverslietbaar (Nieuw Dordrecht)
- wecken: Aj vrogger vleis weckten, dan zat er een laoge vet op en daor onder zat dril (Hollandscheveld)