U zocht voorbeeldzinnen met daarin "dubbelloops"
Resultaten 1 - 6 van 6
- dubbelloops I: jaoren met een dubbelloops (Sleen)
- ienloops: Het was een ienloops geweer en gien dubbelloops (Vledder)
- jachtgeweer: Een jachtgeweer of een dubbelloops jachtgeweer
- loezenkam: De luzekamme nuumden ze ook wel 'dubbelloops jachtgewèer' (Hoogeveen)
- twieloops: Hai het een twailoops, ...dubbelloops jachtgeweer (Zuidlaren)
- twieloops: dubbelloops