U zocht voorbeeldzinnen met daarin "eernsachtig"
Resultaten 1 - 4 van 4
- eernsachtig: Hij vertöl 't met een eernsachtig gezicht (Klazienaveen)
- eernsachtig: Het is eernsachtig volk (Eelde)
- eernsachtig: Die man is eernsachtig, die holdt niet van gekheid (Anderen)
- eernsachtig: Hij verbeeldt hum heelwat. As hij daor zo eernsachtig henlöp, zuj der heel wat van deinken (Meppel)