U zocht voorbeeldzinnen met daarin "geldbuul"
Resultaten 1 - 3 van 3
- geld: Geld sprek, zee de rieke boer en doe houwde hij met de geldbuul op taofel (Havelte)
- geldbuul: De geldbuul en de bedelzak hangt gien honderd jaor veur dezölde deur
- poep II: Hij drèeit met de kont as een poep met de geldbuul (Westerbork)