U zocht voorbeeldzinnen met daarin "gevaorlijk"
Resultaten 1 - 20 van 24
- asbest: Asbest is gevaorlijk goed, naor ze zegt (Sleen)
- bliksies: Het is bliksies gevaorlijk (Eext)
- deurzwiepen: Dat kan gevaorlijk worden, want de balk zwiept geweldig deur (Erica)
- dove: Een dove op de fietse is knap gevaorlijk (Diever)
- gejaag: Dat gejaag mit die auto's, ik viene het maar knap gevaorlijk (Meppel)
- geknap: Dat geknap met old en nei is bar gevaorlijk, ieder jaor komt er ongelukken van (Odoorn)
- gevaorlijk: Boompies klimmen is vaok een gevaorlijk spullegie (Peize)
- gevaorlijk: Dat is huil gevaorlijk, zo dicht bie de sloot (Emmer Compascuum)
- griezeln: As ik ze zo gevaorlijk zie fietsen, kan ik er wel van griezeln (Klazienaveen)
- klabiender: is lomp, gevaorlijk, ruug en ook wel zwaor en log (Fluitenberg)
- kronkel: Een kronkel in de darm is gevaorlijk (Exlo)
- lastig: Het is meer lastig as gevaorlijk
- löslopend: Löslopend veei bij haarstdag kan nogal is gevaorlijk wezen op de straot (Eext)
- moelkörf: Die hond is gevaorlijk, die möt een moelkörf hebben (Zwinderen)
- nevelig: As het nevelig is, is het gevaorlijk bai de weg (Norg)
- oetsteeksel: Uutsteeksel an een voertuug op de weg is knap gevaorlijk (Wapse)
- oversteekplaots: Daor mut een aoverstikplaatse komen, dat is zo veul te gevaorlijk (Hollandscheveld)
- pinkbol: Die pinkbolle mut een ring deur de neuze hebben; hij wordt aans gevaorlijk (Nijeveen)
- schemerduuster: In schemerduuster is het gevaorlijk bai de weg (Norg)
- snuk: Het is niet gevaorlijk, mar bar lastig, aj de snuk hebt (Oosterhesselen)