U zocht voorbeeldzinnen met daarin "haaibaai"
Resultaten 1 - 5 van 5
- haaibaai: Wat een haaibaai van een wief is det, die kerel van heur hef niks in te brengen as lege briefies (Koekange)
- haaibaai: Dei kan overal deurhen, dat is een haaibaai
- haaibaai: Een haaibaai is ein met haor op de koezen (Vries)
- naod: Dende is niet mak op de naod, dat is een haaibaai (Exlo)
- ragge I: Een ragge, een haaibaai van een vrouw (Een)