U zocht voorbeeldzinnen met daarin "harfstdag"
Resultaten 1 - 3 van 3
- wintervoor I: Bij harfstdag geeit het laand op de wintervoor (Eext)
- zommerschurft: Zomerschurft is niet veul an te doen; bij harfstdag is het weer weg (Klazienaveen)
- zweveln: Ze zwevelden de bijen dood bij de harfstdag (Westervelde)