U zocht voorbeeldzinnen met daarin "heidin"
Resultaten 1 - 3 van 3
- heidin: De vrouw van een heiden is een heidin (Noordscheschut)
- heidin: De heidin is zowat daartig centimter hoog, veuilt fluweeilzaacht an, gruit op vochtige steden en is (Eext)
- roegerd: Dat wiefien daor in dat kleine hoesie is een roegerd; een echte heidin (Gasselte)