U zocht voorbeeldzinnen met daarin "hie"
Uw zoekopdracht leverde meer dan 500 resultaten op, specificeer uw zoekopdracht.
Resultaten 1 - 20 van 500
- aai: Hie hef hum een beste aai geven (Oosterhesselen)
- aai: Hie kreeg een aai met het mes over de smoel (Dalen)
- aal II: Hie was ien en al oor (Emmen)
- aal II: Al naor gelang hie er dichterbij kwam wuur e aal banger (Sleen)
- aal II: Hie vuulde zuk niet al te goed, hie is in hoes bleven
- aalmor: In gedachten wuur hie almar rieker (Schoonoord)
- aangenaam: Hie kreeg de wiekzuster, die hum flink wasde; dat vun hie angenaom (Gasselte)
- aap: Hie stiet veur aap
- achter I: Hie luip achter in de riegel (Emmer Compascuum)
- achteran: Aj iene geld liend hebt en hie betaalt je niet, dan hej der geld achteran steuken
- achteran: Hie wil achter knollen an
- achteran: Hie geeit overal aachteran d.i. hie leg op alle slakken zolt (Eext)
- achterdoempies: Hie speult, ...döt achterdoempies
- achtergrond: Hie holdt zök op de achtergrond (Sleen)
- achterhands: Hie hef hum achterhands lillijk betrökken
- achterholden: Hie was penningmeester, mor hie hef wat geld achterholden
- achterkop: Hie hef een dikke achterkop (Zweelo)
- achtern II: Hie kwam mij van achtern op
- achtern II: Hie zeurt aal van achtern, ...van achtern of an
- achtern II: Hie wet van veuren niet, dat e van achteren leeft (Odoorn)