U zocht voorbeeldzinnen met daarin "hinkelepink"
Resultaten 1 - 3 van 3
- hinkelepink: Een hinkelepink löp wat maank, dat komp umdat hij wat tokt mit één been (Fluitenberg)
- hinkelepink: Dai hinkelepink dut ook mit, mor dai ken nait mitkommen (Valthermond)
- hinkepoot: hinkelepink