U zocht voorbeeldzinnen met daarin "hummel"
Resultaten 1 - 6 van 6
- bloemvast: Hummelhönnig maokt de hummel van verschilende soorten blooumen, hie is niet blooumvast (Eext)
- branden: Een hummel kan je lelijk even branden (Borger)
- hummel: een hummel achter het gerdien (Buinen)
- iem: De iem is blooumvaast in tegenstelling tot de hummel (Eext)
- wummeln: Een dikke hummel op een klein bloumpie; het kan hom haost neit draogen, want het wummelt hen en weer (Vries)
- zoemen: Veur het raom zoemde een dikke hummel (Emmer Erfscheidenveen)